Terug naar Jan Rinses (*1758)

Rinze Jans Brouwer(*1806)

De ouders van mijn vaders oma, Aurelia Brouwer (hij noemde haar opoe Aje), waren:

Rinze Jans Brouwer, buitenvaarder, scheepsmakelaar, scheepsbevrachter, geboren op 26-11-1806 te Nes, gedoopt (doopsgezind) op 14-02-1830 te Nes, overleden op 14-03-1888 te Leeuwarden op 81-jarige leeftijd. Hij was zoon uit het tweede huwelijk van Jan Rinses (*1758, gehuwd (2) op 18-08-1805 te Nes met Trijntje (Trienke) Hilbrands)
Gehuwd op 24-jarige leeftijd op 21-04-1831 te Nes.
Echtgenote is Aurelia (Aukje) van GURKOM, 17 jaar oud, geboren op 10-08-1813 te Holwerd (gezindte: NH), overleden 2 april 1903 Amsterdam, dochter van Willem Theodorus van GURKOM en Neeltje Symons SCHAAP.

Rinze Brouwer begon zijn werkzame leven op Ameland, als zeeman (buitenvaarder); nou ja ….. hij was nog geen 10 jaar oud toen hij begon:

* Op 5 April 1816 monstert hij aan te Amsterdam als kajuitsjongen aan boord bij zijn vader die op die  reis een Russisch schip (“Slot van Riga”) zou commanderen. Dit schip wordt ook genoemd onderaan deze pagina in verband met een reis in 1814.

 * Op 31 Mei 1818 monstert hij aan als lichtmatroos bij kapitein J.H. Hilbrands op de Prins der Nederlanden. [Jelle Hilbrands was een zwager van zijn vader Jan Rinzes, immers die was getrouwd met zusters van Jelle.]

De briefjes hierboven komen uit het archief van Peter Witteveen. Zo ook het volgende. Het lijkt hier te gaan om een ruil die Rinze Jans Brouwer deed met zijn half-zwager Tjerk Eesges Prater. Tjerk was getrouwd met zijn halfzusje Hiltje Jans Brouwer. Het document is ondertekend door de vader van Rinze Jans.
Ik zie het zo voor me. Het is donderdag 2 November en de mannen zitten bij elkaar ten huize van Tjerk en Hiltje. Ze doen een ruil en besluiten dat hierover geen onenigheid mag ontstaan. Ze stellen een documentje op en Pa Brouwer bekrachtigt het als een soort getuige.

Poging tot transcriptie:

Renze Jans Brouwer
Hoort Deeze octant toe als ook
het Boek van Douwes & Lessenaar
met Den boeken – passers en wat
Daar meer in is – Daar voor heeft
Terk Eesges allen mijn Zeekaerten
in steeders van mij bekoomen
En sijn het aan mij betaald
Actum Nes Ameland
Den 2 November 1826
Jan R. Brouwer
[Het is onduidelijk wat hier bedoeld wordt met “het Boek van Douwes”. Het is natuurlijk niet de Max Havelaar van Eduard Douwes Dekker, want de eerste druk daarvan verscheen pas op 17 mei 1860. Mogelijk is het een boek geweest van de vader van Multatuli, te weten Engel Douwes Dekker. Die was ook kapitein en doopsgezind. Hij was getrouwd op 13 november 1808 met Sytske Eeltjes in dezelfde ‘vermaning’ waar de families Brouwer en Prater toe behoorden.]

In de familie Wartena was de volgende tekst overgeleverd in de familiehistorie. Het betreft hier een fragment uit een brief van Jan Rinse Wartena, over zijn voorvader:

De oudste zoon [van Jan Rinses] was Rinse Jan Brouwer, geboren op Ameland, gestorven te Leeuwarden.
Hij is getrouwd met Aukje van Gurkom uit Holwerd (Gurkom was dokter of notaris), geb.10.8.1813 te Holwerd, gestorven 1904? te Leeuwarden. Ik herinner me dat daar bericht van kwam. Ik heb toen persoonlijk geërfd een pennehouder, en f 8 ( acht gulden), dat naar mijn spaarbankboekje ging. Ze was van een tweeling en heeft 17 of 19 kinderen gehad, wat haar kennelijk geen kwaad heeft gedaan.
Ook Rinse Jan was evenals zijn vader op de ‘Kleine Vaart”. Zo noemde men toen de schepen die naar de Oostzee voeren, voornamelijk om graan, hout en pelzen te halen. Van hem, weet ik verder vrijwel niets.
Naar deze Aukje is haar kleindochter, mijn moeder, genoemd [Aukje Henriëtta Brouwer‏].
Dat zovele Amelanders trouwden met meisjes uit Holwerd is vrij logisch. Denk je in. Ze komen met hun schip in de thuishaven, Amsterdam, aan en monsteren af. Nu naar huis. Dwz met de beurtschipper naar Harlingen. Dan met een (trek)schuit wsch door de Harlinger trekvaart naar Leeuwarden. Dan door de Dokumer Ee naar Dokkum. Dan lopen of met een wagen naar Holwerd. En dan wachten, soms dagen, tot vloed, wind of storm, de oversteek naar Ameland mogelijk maakten.

In 1836 vertrokken Rinse en zijn vrouw Aukje (zie de attestatie) met hun twee kinderen Jan Rinse en Neeltje, van Ameland naar Leeuwarden om zich daar te vestigen. De overige kinderen zouden daar geboren worden. In totaal werden het er elf (twee zijn vroeg gestorven). Bij “Het gezin van Rinze” is dat weergegeven.
Rinse gaf zijn zeemansleven op en hij kreeg werkzaamheden die in het verlengde daarvan lagen. Vermoedelijk de langste tijd van zijn leven was hij Kastelein, getuige de vele advertenties in de Leeuwarder Courant waarin zijn naam wordt genoemd. Overigens noemt hij zichzelf Scheepsmakelaar in de advertentie hier boven.

 

Zuidvliet Leeuwarden. Ze woonden aldaar in huis nr L 057

Toen Rinse Jans Brouwer was overleden (14 maart 1888 Leeuwarden‎) vertrok zijn weduwe Aurelia van Gurkom, 75 jaar oud, vanuit Leeuwarden op 13 April 1888 naar Utrecht. Daar werd zij ingeschreven op 19 April 1888 in het huis (Oude Gracht TolsteegZ nr. 36) van haar dochter Martje en haar man Gerardus van Weede (zij waren gehuwd ‎op 16 feb 1882 te Leeuwarden en hadden zich daarna direct gevestigd in Utrecht).

In dat huis woonden:
Willem van Weede, weduwnaar, vader van Gerardus van Weede
Gerardus van Weede en zijn echtgenote Martha Brouwer
Clara van Weede (een achternicht *8 Mei 1865)
Aukje van Gurkom (beh. moeder)
Wilhelmina Hendrika Rijswijk (in dienst *24 Aug 1870 te Leersum)

Maar nog datzelfde jaar ging Aurelia van Gurkom‏‎ naar Amsterdam. Ze woonde vanaf 19 October 1888 tot haar overlijden (2 apr 1903) te Amsterdam bij haar dochter Maria‎ Brouwer‏‎ en haar man Taekele Sikkema‏‎ aan de Zeedijk no 12 te Amsterdam.

Links
– Album

– Uit het scheepsjournaal van Eesge Prater (dit is Eesge Tjerks Prater, zoon van bovengenoemde Tjerk Prater; Eesge was geboren op ‎25 september 1817 te Nes en op 30 Juli  1857 op de terugreis van Batavia overleden, ten huize van Gerardus Adrianus van der Geugten te Indramayoe residentie Cheribon.)

StamSite